-
Wat is de functie van de bloemkelk?
- ?Vormen van eicellen.
- ?Beschermen van de bloem tegen uidroging en kou.
- ?Vormen van stuifmeelkorrels.
- ?Het aanlokken van insecten.
-
Welk deel van de plant heeft als functie het vormen van de stuifmeelkorrels.
- ?De bloemkelk
- ?De stamper
- ?De bloemkroon
- ?Het meeldraad
-
Welk deel van de plan heeft als functie het aanlokken van insecten?
- ?De bloemkelk
- ?De stamper
- ?De bloemkroon
- ?Het meeldraad
-
Wat is bestuiving?
- ?Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op de stempels van een bloem van dezelfde plantensoort.
- ?Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op de stempels van een bloem van een andere plantensoort.
- ?Het overbrengen van stempels van een meeldraad op het stuifmeel van een bloem van dezelfde plantensoort.
- ?Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op het stuifmeel van een bloem van dezelfde plantensoort.
-
Welke twee opties zorgen voor bestuiving?
- ?Insecten.
- ?Beweging van de bloem.
- ?Wind.
- ?Vogels.
-
Een bloem ruikt heel lekker en ziet er mooit uit, is dit een insectenbloem of een windbloem?
- ?Een insectenbloem.
- ?Een windbloem.
- ?Het kan en een insectenbloem en een windbloem zijn.
- ?Het kan geen insectenbloem zijn en ook geen windbloem.
-
Een bloem is heel klein en onopvallend en is groen, is dit een insectenbloem of een windbloem?
- ?Een insectenbloem
- ?Een windbloem
- ?Het kan en een insectenbloem en een windbloem zijn.
- ?Het kan geen insectenbloem zijn en ook geen windbloem.
-
Een bloem is groot en de stempels zitten binnen de bloemen, is dit een insectenbloem of een windbloem?
- ?Een insectenbloem
- ?Een windbloem
- ?Het kan en een insectenbloem en een windbloem zijn.
- ?Het kan geen insectenbloem zijn en ook geen windbloem.
-
Een bloem heeft grote stempels en de stempels steken uit de bloem, is dit een insectenbloem of een windbloem?
- ?Een insectenbloem
- ?Een windbloem
- ?Het kan en een insectenbloem en een windbloem zijn.
- ?Het kan geen insectenbloem zijn en ook geen windbloem.
-
Kies de goeie combinatie voor een insectenplant.
- ?Een kleine bloem met grote stempels, je vind hem lekker ruiken.
- ?Een bloem heeft veel stuifmeelkorrels, de stuifmeelkorrels zijn ruw en kleverig.
- ?De bloem heeft veel stuifmeelkorrels die licht en glad zijn.
- ?De bloem is gekleurd en heeft nectar. De helmknoppen en stempels zitten binnen in de bloem.
-
Wat is bevruchting?
- ?Het versmelten van de kern van een mannelijke geslachtscel met de kern van een vrouwelijke geslachtscel.
- ?Het versmelten van een cel van een mannetje en een cel van een vrouwtje.
- ?Het versmelten van twee geslachtscellen.
- ?Het samenkomen van de kern van een mannelijke geslachtscel met de kern van een vrouwelijke geslachtscel.
-
De bevruchting vindt plaats in vier stappen. Wat is de eerste stap van de bevruchting?
- ?De kern van de stuifmeelkorrel versmelt met de kern van de eicel.
- ?Het zaadbeginsel bevat dan een bevruchte eicel.
- ?Uit een stuifmeelkorrel groeit een stuifmeelbuis door de stijl naar een zaadbeginsel.
- ?De top van de stuifmeelbuis barst open en de kern van de stuifmeelkorrel dringt de eicel binnen.
-
De bevruchting vindt plaats in vier stappen. Wat is de tweede stap van de bevruchting?
- ?De kern van de stuifmeelkorrel versmelt met de kern van de eicel
- ?Het zaadbeginsel bevat dan een bevruchte eicel.
- ?Uit een stuifmeelkorrel groeit een stuifmeelbuis door de stijl naar een zaadbeginsel.
- ?De top van de stuifmeelbuis barst open en de kern van de stuifmeelkorrel dringt de eicel binnen.
-
De bevruchting vindt plaats in vier stappen. Wat is de derde stap van de bevruchting?
- ?De kern van de stuifmeelkorrel versmelt met de kern van de eicel
- ?Het zaadbeginsel bevat dan een bevruchte eicel.
- ?Uit een stuifmeelkorrel groeit een stuifmeelbuis door de stijl naar een zaadbeginsel.
- ?De top van de stuifmeelbuis barst open en de kern van de stuifmeelkorrel dringt de eicel binnen.
-
De bevruchting vindt plaats in vier stappen. Wat is de laatste stap van de bevruchting?
- ?De kern van de stuifmeelkorrel versmelt met de kern van de eicel
- ?Het zaadbeginsel bevat dan een bevruchte eicel.
- ?Uit een stuifmeelkorrel groeit een stuifmeelbuis door de stijl naar een zaadbeginsel.
- ?De top van de stuifmeelbuis barst open en de kern van de stuifmeelkorrel dringt de eicel binnen.
-
Wat ontstaat er uit een bevruchte eicel in de plant?
- ?Een zaad.
- ?Een kiem.
- ?Een vrucht.
- ?Het kan allemaal uit een bevruchte eicel ontstaan.
-
Wat ontstaat er uit een zaadbeginsel (met een bevruchte eicel) eicel in de plant?
- ?Een zaad.
- ?Een kiem.
- ?Een vrucht.
- ?Het kan allemaal uit een bevruchte eicel ontstaan.
-
Wat ontstaat er uit een vruchtbeginsel in de plant?
- ?Een zaad.
- ?Een kiem.
- ?Een vrucht.
- ?Het kan allemaal uit een bevruchte eicel ontstaan.
-
Hoe worden de zaden van planten verspreid?
- ?Door dieren die ze opeten of per ongeluk meenemen.
- ?Door de wind die ze weg waait.
- ?Doordat sommige planten open springen en hun zaad weg slingeren.
- ?Door alle bovenstaande antwoorden.
-
Waaraan kan je zaden herkennen die door de wind verspreid worden?
- ?De zaden hebben vleugels.
- ?De zaden zijn extra groot.
- ?De zaden hebben haakjes.
- ?De zaden hebben pluis.
-
Waarvoor dienen de haakjes aan sommige zaden?
- ?Om aan een tak te hangen en er dan af te waaien.
- ?Om aan de vacht van dieren te blijven hangen.
- ?Om voeding van de boom te krijgen.
- ?Om dieren te lokken de zaadjes op te eten.
-
Hoe worden bloemen, vruchten en planten gebruikt?
- ?Als voedsel.
- ?Als bouwmateriaal.
- ?Als verfraaing.
- ?Als alle van de bovenstaande antwoorden.
-
Wat is ongeslachtelijke voorplanting bij een plant?
- ?Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op het stuifmeel van een bloem van dezelfde plantensoort.
- ?Een deel van de plant krijgt groeit door en krijgt geslachtscellen, die smelten samen met de geslachtscellen van een andere plant.
- ?Een deel van de plant groeit uit tot een nieuwe plant zonder geslachtscellen te gebruiken.
- ?Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op de stempels van een bloem van dezelfde plantensoort.
-
Wat is "een plant stekken" ?
- ?Een plant aan een houtje binden zodat de plant goed recht groeit.
- ?Een plant overplaatsen naar andere grond om hem beter te laten voortplanten.
- ?Proberen zoveel mogelijk planten te kweken.
- ?Een plant bij de stengel afknippen zodat er een nieuwe plant uit groeit.
-
Hoe plant een knol zich voort?
- ?Uit alle knoppen ontstaan een nieuwe plant die zich daarna niet meer voortplant.
- ?Uit een van de knoppen van de knol ontstaat een plant, uit die plant komen ook weer knoppen waar planten uit kunnen komen.
- ?Uit een van de knoppen ontstaan een plant, die plant gaat dan over op geslachtelijke voorplanting.
- ?Een knol plant zich voort met geslachtelijke voortplanting.
-
Hoe plant een bol zicht voort?
- ?Uit een van de knoppen van een bol ontstaat een plant. De andere knoppen ontwikkelen zich tot nieuwe bollen.
- ?Uit alle knoppen ontstaan een nieuwe plant die ook weer knoppen krijgen.
- ?Uit een van de knoppen van een bol ontstaat een plant. De andere knoppen sterven af.
- ?Uit alle knoppen ontstaan een nieuwe plant die zich niet meer voortplanten.
-
Hoe planten uitlopers zich voor?
- ?Via een ondergrondse stengel waaraan op bepaalde plaatsen nieuwe planten ontstaan. De nieuwe planten scheiden zich van de stengel en gaan verder met voortplanten.
- ?Via een bovengrondse stengel waaraan op bepaalde plaatsen nieuwe planten ontstaan. De nieuwe planten blijven aan de stengel zitten en planten zich niet voort.
- ?Via een bovenaardse stengel waaraan op bepaalde plaatsen nieuwe planten ontstaan. De nieuwe planten scheiden zich van de stengel en gaan verder met voortplanten.
- ?Via een ondergrondse stengel waaraan op bepaalde plaatsen nieuwe planten ontstaan. De nieuwe planten blijven aan de sttengel zitten en planten zich niet voort.
-
Hoe plant een wortelstok zich voor?
- ?Via een bovengrondse stengel groeien nieuwe plantjes. Die scheiden zich en gaan verder met voortplanten.
- ?Via een ondergrondse stengel groeien nieuwe plantjes. Die scheiden zich en planten zich niet verder voort.
- ?Via een ondergrondse stengel groeiennieuwe plantjes. Die scheiden zich en gaan verder met voortplanten boven de grond.
- ?Via een ondergrondse stengel groeien nieuwe plantjes. Die scheiden zich en gaan verder met voortplanten.
-
Wat is het verschil tussen het voortplanten tussen een bol en een knol?
- ?Bij een knol kan één knop tot een plant uitgroeien. Bij een bol kan er maar één knop uitgroeien tot plant en de rest van de knoppen wordt weer een bol.
- ?Bij een knol kunnen alle knoppen tot een plant uitgroeien. Bij een bol kan er maar één knop uitgroeien tot plant en de rest van de knoppen wordt weer een knol.
- ?Bij een knol kunnen alle knoppen tot een plant uitgroeien. Bij een bol kan er maar één knop uitgroeien tot plant en de rest van de knoppen wordt weer een bol.
- ?Bij een knol kunnen alle knoppen tot een plant uitgroeien. Bij een bol groeien alle knoppen uit tot plant.
-
Wat is het verschil tussen een uitloper en een wortelstok?
- ?De kleine planten van een uitloper blijven aan de plant vastzitten.
- ?Een uitloper is een bovengrondse stengel. Een wortelstok is een ondergrondse stengel.
- ?Een uitloper is een ondergrondse stengel. Een wortelstok is een bovengrondse stengel.
- ?Er is geen verschil tussen uitloper en een wortelstok.
-
Wat is kruisbestuiving?
- ?Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van een andere plant van een andere soort.
- ?Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van een andere plant van dezelfde soort.
- ?Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van dezelfde plant van dezelfde soort.
- ?Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van een andere plant van dezelfde soort.
-
Wat is zelfbestuiving?
- ?Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van een andere plant van een andere soort.
- ?Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van een andere plant van dezelfde soort.
- ?Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van dezelfde plant van dezelfde soort.
- ?Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van een andere plant van dezelfde soort.
-
Wat zijn eenslachtige bloemen?
- ?Bloemen die alleen meeldraden bevatten.
- ?Bloemen die geen meeldraden of stampers bevatten en zich dus niet kunnen voortplanten.
- ?Bloemen die alleen stampers bevatten.
- ?Bloemen die alleen meeldraden of alleen stampers bevatten.
-
Wat zijn tweeslachtige bloemen?
- ?Misvormde bloemen die twee geslachten tegelijk zijn.
- ?Bloemen die geen meeldraden of stampers bevatten en zich dus niet kunnen voortplanten.
- ?Bloemen die alleen meeldraden en alleen stampers bevatten.
- ?Bloemen die alleen meeldraden of alleen stampers bevatten.
-
Wat zijn eenhuizige plantensoorten?
- ?Planten met tweeslachtige bloemen en planten die op dezelfde plant staan.
- ?Planten met eenslachtige bloemen en planten die op dezelfde plant staan.
- ?Planten met tweeslachtige bloemen en planten die op verschillende planten staan.
- ?Planten met eenslachtige bloemen en planten die op verschillende planten staan.
-
Wat zijn tweehuizige plantensoorten?
- ?Planten met alleen vrouwelijke bloemen.
- ?Planten met alleen mannelijke of alleen vrouwelijke bloemen.
- ?Planten zonder mannelijke en vrouwelijke bloemen.
- ?Planten met mannelijke en vrouwelijke bloemen.
-
Wat is het verschil tussen kruisbestuiving en zelfbestuiving?
- ?Kruisbestuiving is bestuiving op een andere plant, bij zelfbestuiving heeft het stuifmeel geen effect.
- ?Kruisbestuiving is bestuiving op een dezelfde plant, zelfbestuiving is bestuiving op een andere plant.
- ?Er is geen verschil tussen kruisbestuiving en zelfbestuiving.
- ?Kruisbestuiving is bestuiving op een andere plant, zelfbestuiving is bestuiving op dezelfde plant.
-
Wat is het verschil tussen eenslachtige en tweeslachtige bloemen?
- ?Tweeslachtige bloemen bevatten alleen stampers of alleen meeldraden, eenslachtige bloemen hebben stampers en meeldraden.
- ?Tweeslachtige bloemen kunnen doen aan zelfbestuiving.
- ?Tweeslachtige bloemen bevatten zowel meeldraden als stampers, eenslachtige bloemen hebben alleen stampers of alleen meeldraden.
- ?Er is geen verschil tussen eenslachtige en tweeslachtige bloemen.
-
Wat is het verschil tussen eenhuizige en tweehuizige plantensoorten?
- ?Eenhuizige planten hebben tweegeslachtige bloemen waarbij de mannelijke en de vrouwelijke bloemen op een andere plant staan. Tweehuizige plantensoorten staan op dezelfde plant.
- ?Eenhuizige planten hebben tweegeslachtige bloemen waarbij de mannelijke en de vrouwelijke bloemen op zelfde plant staan.
- ?Eenhuizige planten hebben eengeslachtige bloemen waarbij de mannelijke en de vrouwelijke bloemen op zelfde plant staan. Tweehuizige plantensoorten hebben tweegeslachtelijke bloemen.
- ?Eenhuizige planten hebben tweegeslachtige bloemen waarbij de mannelijke en de vrouwelijke bloemen op zelfde plant staan. Bij tweehuizige planten staan de planten op een andere bloem.
-
Welke bewering klopt?
- ?De bloemkroon is altijd groot en opvallend.
- ?De stamper is het mannelijke voortplantings orgaan.
- ?Meeldraad is het vrouwelijke voortplantings orgaan.
- ?De bloemkel is meestal groen.
-
Welke bewering klopt niet?
- ?De bloemkroon is altijd klein en groen.
- ?Meeldraad is het mannelijke voortplantings orgaan.
- ?De stamper is het vrouwelijke voortplantings orgaan.
- ?De bloemkel is meestal groen.
-
Welke bewering klopt niet?
- ?Insectenbloemen geuren vaak.
- ?Stuifmeelkorrels van windbloemen zijn licht en glad.
- ?De bloemen van windbloemen zijn vaak opvallend gekleurd.
- ?Insectenbloemen zijn meestal groot.
-
Welke bewering klopt niet?
- ?De helmknoppen van een windbloem steken vaak buiten de bloemen uit.
- ?De kroonbladeren van insectenbloemen zijn vaak opvallend gekleurd.
- ?De helmknoppen van een insectenbloem zitten binnen de bloem.
- ?Windbloemen hebben soms nectar.
-
Welke bewering klopt niet?
- ?Bevruchting is het versmelten van de kern van een mannelijke geslachtscel met de kern van een vrouwelijke geslachtscel.
- ?Bestuiving is het overbrengen van een meeldraad op de stempels van een bloem van een andere soort.
- ?Uit een bevruchte eicel ontstaan een kiem.
- ?Vooral insecten en de wind zorgen voor bestuiving.
-
Welke bewering klopt niet?
- ?Sommige zaden hebben vleugels om mt de wind mee te vliegen.
- ?Sommige zaden gebruiken een haak om aan een tak te blijven hangen.
- ?Sommige planten slingeren hun zaad weg.
- ?Sommige zaden hebben pluis om sneller door de wind meegenomen te worden.
-
Welke bewering klopt niet?
- ?Sommige zaden worden door mensen gegeten.
- ?Dieren maken een wintervoorraad mar eten die somsniet op, zo worden de zaden ook verspreid.
- ?Als een dier een zaadje opeet zal dat zaadje zich nooit kunnen voortplanten
- ?Sommige vruchten hebben haakjes om aan de vacht van een dier te blijven hangen.
-
Welke bewering klopt?
- ?Een knol is hetzelfde als een bol.
- ?Het enige verschil tussen een uitloper en een wortelstok is of ze onder of boven de grond zitten.
- ?Het enige verschil tusen een knol een bol is dat een bol zich vaker voortplant.
- ?Een uitloper is hetzelfde als een wortelstok.
-
Welke bewering klopt niet?
- ?Kruisbestuiving gebeurt alleen met tweehuizige plantensoorten.
- ?Zelfbestuiving gebeurt alleen op dezelfde plant.
- ?Bij tweehuizige planten is geen zelfbestuiving mogelijk.
- ?Bij eenhuizige planten is wel zelfbestuiving mogelijk.